Cascate di Cogne
Na uren duwen, glijden en een door te hoge toeren loeiende motor geven we het op…de in Turijn gehuurde Fiat op zomerbandjes strandt op 10 km afstand van de eindbestemming. We beleven enkele spannende momenten op de glibberige bergweggetjes. Jeroen en ik besluiten om in de sneeuwstorm terug te keren naar het dal, waar we in ons beste Italiaans de juiste sneeuwkettingen weten te regelen. Een uurtje later komen we net op tijd voor de antipasti aan in Hotel Ondezana in het gehuchtje Lillaz (3km na Cogne) na >4 uur rijden.
Tijdens het eten sms’t Roland dat hij al de hele weg vanuit Nederland met de ruitenwissers in de hoogste stand rijdt en zich door onweersbuien richting de deels afgesloten St. Bernard-pas worstelt. Hij heeft geen idee heeft of ie ’t vanavond nog redt. Ik probeer ‘m een beetje op te vrolijken door terug te sms’en dat we net van een local hebben gehoord dat er -ondanks het dikke pak verse sneeuw- nog best veel klim-mogelijkheden zijn. Twee uur later komt hij aan en wordt er ondanks de late aankomsttijd warm eten voor hem op tafel gezet. Na een biertje gaan we naar bed, de volgende dag vroeg op..
Dag 1: Helaas niet vroeg genoeg (dèja vu naar Kandersteg vorig jaar…wachten op langzame touwgroepen): we wilden beginnen met de makkelijke dichtbij gelegen waterval ‘Cascate di Lillaz’ (1e lengte WI4, daarna 3), maar daar blijkt al een flinke wachtrij te staan! Rustig lopen we door naar ons middagplan, de hoger gelegen waterval ‘Lau Bij’ (5/5+). Door het bos lopen we omhoog en zien we ’t doel al liggen: indrukwekkend! De vele stalactieten bovenin verraden dat daar de crux moet zitten, het ziet er niet zo makkelijk uit. Na een uurtje wachten en thee drinken begint Roland met klimmen en al snel bereikt hij het geboorde relais. Zowel hij als ik hebben gelukkig de afgelopen maand al ijsbijlen vastgehouden. Ieder aan een streng van het dubbeltouw klimmen Jeroen en ik na. Gaat Jeroen supergoed af, ’t lijkt of ie ’t stiekem al veeel vaker gedaan heeft.. De volgende 2 lengtes combineren we tot 1 lengte en deze is voor mij. Een luchtige traverse leidt naar een meter of 8 à 90 graden en daarna een makkelijk sneeuwveld. Heel mooi klimmen!
’s Middags staan er nog steeds mensen bij de Cascate de Lillaz, maar Jeroen klimt snel de eerste lengte voor. Onder het ijs stromen duizenden liters water door, en bovenin is het zo dun dat we er bijna doorheen breken en een nat pak oplopen. Daarna gaan de touwen op de rug en soleren we de volgende makkelijke passages. Ik klim als laatste, en na een bocht zie ik een flinke ijswand waar Roland al bijna bovenop staat. Jeroen klimt iets lager en ik roep: ‘WTF zijn jullie aan het doen?!?’ Als ik dichterbij kom lijkt het met de steilte wel mee te vallen, al zit er een passage in waar maximale concentratie even nodig is. Roland zit een stuk verderop te wachten om te zien hoe we een (niet bevroren) waterval door traverseren en flink nat worden.. Even later staan we alle drie boven en lopen we al (na)genietend van het uitzicht over het dal terug naar beneden. Een heerlijke dag!
Dag 2, zaterdag, besluiten we om heel vroeg op te staan en naar een van de moeilijkste (pure ijs) klassiekers van het gebied te gaan.. Repentance Super (6). In de schemer draaien we het parkeerterreintje van Valnontey op, waar uiteraard al weer andere teams klaarstaan.. ’t is weekend in Cogne! In een flink tempo lopen we over het smalle platgetrapte sneeuwpaadje door het prachtig besneeuwde dal. Omdat ’t de eerste keer is dat we hier zijn, nemen we een verkeerde afslag en staan ineens onder de verkeerde waterval. Door de diepe sneeuw spoort Jeroen terug naar het normale pad, waar we inmiddels tientallen mensen zien lopen. Shit!
Onderaan het steile couloir wat naar Repentance en ‘Monday Money’ (4) leidt, zien we al een stuk of 15 mensen voor ons omhoog lopen. Bijna willen we teruggaan, maar gelukkig doen dat niet: als we onderaan de routes staan kiezen de meeste mensen toch voor Monday Money! Alleen een frans cordée staat al in de startblokken om onze route te gaan klimmen. Bijna wanneer wij gaan beginnen komen er twee anderen bij, een Rus die worldcups klimten zijn Britse klimmaatje. Zij beginnen tegelijk aan de linkervariant, wanneer Roland de eerste lengte klimt. De Rus is een beest die in de hele lengte maar 2 schroeven plaatst en ongelofelijk veel ijs weghakt en ons daaronder bedelft..
Ik klim de 2e lengte en laat -mezelf vervloekend- vanuit mijn koude handen een schroef vallen.. Verder klim ik gelukkig steady en geconcentreerd omhoog. De standplaats is in een soort grotje en ik geniet tijdens het zekeren van de alpiene ambiance van deze route en het geweldige uitzicht. Roland klimt de verzurende 3e lengte, 15 meter à 90 graden. Met gemak klimt hij ’t, ik ben stiekem best blij dat ik deze niet voorklim, bedankt 😉 Daarna volgt een solo-lengte sneeuwcouloir, waarna ik nog een 5e graads laatste lengte klim. Die lengte eindigt met een akward stukje grashakken over een randje om te eindigen op een enorme sneeuwplateau tegen een machtige rotswand…prachtig! Over twee abalakovs en twee geboorde standplaatsen seilen we ab, in 3 kwartier staan we beneden. Alle drie super genoten vandaag!
Dag 3, zondag. De laatste dag van Jeroen, hij moet ’s middags terug richting het vliegveld. Roland en ik blijven nog 3 dagen om te proberen een mooie alpiene route in Chamonix te klimmen. We besluiten iets relatiefs makkelijks en korts te doen. Ons oog valt op ‘Tutto e Relativo’ (4), dichtbij Lillaz. Roland voelt zich niet zo lekker en keert om, Jeroen en ik klimmen de 3 touwlengtes in een ruim uurtje.
’s Middags als Jeroen vertrokken is, doen we even lekker niets, lezen een boekje en ik loop op en neer naar Cogne.
Dag 4, maandag: Bluebird! 🙂 Roland en ik besluiten de klassieker Patri droite (5) te klimmen. Eigenlijk wilden we naar Chamonix, maar daar schijnt niets in conditie te zijn en is het lawinegevaar 4. Iedereen zit blijkbaar in Cogne.
Als eerste staan we onderaan de route, die bestaat uit een interessante pilaar van 15 meter, daarna 2 a 3 lengtes zeer makkelijk, waarna de keuze gemaakt kan worden tussen à gauche (4) ou à droite (5), ca. 50 meter klimmen. We vermaken ons prima en genieten (is dat het goede woord?) van alle lawines die we van de zuidwand aan de overkant van het dal naar beneden zien komen terwijl de zon langzaam de wand in schuift. Beter niet klimmen daar vandaag!
’s Middags vraagt Roland me: ‘heb je zin om naar het drytoolgebiedje wat we eerder hadden gezien te gaan?’ Ik ben (nog?) niet zo’n drytoolfan, maar trek m’n warme jas aan en ga mee. In mijn spijkerbroek in de sneeuw zeker ik Roland in een soort verijsd gootje met 1 haak op 10 meter hoogte omhoog, waarna een mantle volgt waar je niet moet vallen.. Ziet er best spannend uit, maar ik hoef niet, laat maar, denk ik bij mezelf. Wat er wel mooi uitziet is de overhangende route ernaast, waarbij je na een paar spannende hooks overstapt op een flinke ijsstalactiet. Zonder moeite klimt Roland ‘m eerst toprope, en daarna voorklimmend. Best spannend, zo geeft hij toe.. Hij schat de waardering in op M7/8 (we hebben geen topo van dit gebiedje).
Dag 5, het wordt warmer en we hebben zin in rots! Aan Andrea, de eigenaar van het hotel vragen we waar we in het Aosta dal leuk rots kunnen klimmen. Hij verwijst ons naar ‘Latorna’ (Montestrutto, Le Mura), 30km ten zuidoosten van Aosta, waar ik zeker nog eens terug wil komen. Mooie technische routes in gneis. We klimmen in heerlijk weer o.a. een mooie 6a+,6b,6c en (ik val helaas bovenin) een prachtige 7a+.
’s Avonds rijden we naar een bivakplek vlakbij Basel, waar Roland al menig nacht onder de sterren heeft doorgebracht. En zo eindigt een geweldige week, zoals ’t hoort, met toch nog een nachtje buiten slapen. Op de weg terug nemen we nog even een kijkje in een drytoolgebied in de buurt, genaamd Epptingen. Vieze rots, maar bijzonder ambiance. Misschien dat ik ’t nog een keer interessant ga vinden dat drytoolen! 🙂
Jeroen en Roland bedankt!
Cascate di Cogne « lahaye.ws – Blog
25 februari 2014 at 3:27 PM[…] Lees het hele verslag met meer foto’s op http://www.climbingaffairs.nl […]